Wie waren de mensen van de Orgelzolders?

Rebecca Andriesse als jong meisje. Zij woonde met haar ouders in een bovenhuis aan de Kruiskade in Rotterdam Centrum. Na het bombardement van mei 1940, dat ook hun huis in de as legde, verhuist het gezin naar de Dordtselaan in Rotterdam-Zuid.
Trouwfoto Rebecca en Maurice 28 mei 1942
Ook Rebecca, dan 17 jaar, en haar verloofde Maurice Kool, 25 jaar, hebben de oproep ontvangen om zich te melden voor transport naar Duitsland. In plaats daarvan besluiten zij hals-over-kop te trouwen, omdat zij het gerucht geloven dat getrouwde stellen bij elkaar mogen blijven. Rebecca’s grootvader heeft voor hen een schuilplaats gevonden in de protestantse Breepleinkerk.
Trouwfoto Rebecca en Maurice met familie
Een paar familieleden van Rebecca en Maurice kunnen de trouwplechtigheid op 28 mei 1942 bijwonen. Uiterst links staat Ida Kool, de moeder van Maurice, uiterst rechts staat Meijer, de vader van de bruidegom. De dag na het huwelijk arriveert het bruidspaar bij de Breepleinkerk, waar koster Jacobus de Mars hen naar hun schuilplaats brengt. Ida en Meijer arriveren er enkele weken later. De koster en zijn vrouw Annigje zorgen voor de onderduikers. Verder weet niemand van hun aanwezigheid.
Chaim en Fifi de Zoete en hun drie dochters Mirjam, Judith en Hadassah in Nederlands-Indië. In 1936 keren zij naar Nederland terug; Chaim is aangesteld als chef-apotheker bij de GGD in Rotterdam. Op het moment dat duidelijk wordt dat de Duitse bezetters alle Joden willen vernietigen duiken zij onder. Na een barre zwerftocht kloppen zij aan bij ds. Gerrit Brillenburg Wurth van de Breepleinkerk, die vervolgens zijn koster inschakelt. Pas dan hoort de dominee dat er al meer dan een jaar twee echtparen ondergedoken zijn in de kerk.
Jacobus en Annigje de Mars - Ouwens
Het kostersechtpaar Jacobus en Annigje de Mars-Ouwens. Eendrachtig met het domineesechtpaar zorgen zij bijna drie jaar lang voor de onderduikers in de kerk.
Annie en Wim De Bruin-De Mars bij hek
Trouwfoto van Annie de Mars en Wim van der Bruin, dochter en schoonzoon van de koster en zijn vrouw. Annie kwam op verzoek van haar ouders weer thuis wonen, met man Wim en zoontje Sjaak, zodat het niet meer opviel wanneer er een baby huilde.
Dominee Gerrit Brillenburg-Wurth, bood hulp en troost waar mogelijk.
Gerda Brillenburg Wurth-van Leeuwen, verpleegster, onverschrokken, standvastig en niet klein te krijgen. Zij hielp Rebecca Kool-Andriesse bij de geboorte van baby Emile.
Dr. Leo Lashley met bril
Dr. Leo Lashley, oogarts, trouw kerkganger en tijdelijk verloskundige. Hij begeleidt Rebecca, die inmiddels in verwachting is, gedurende de maanden van haar zwangerschap. En hij helpt, samen met verzetsvrouw Riek Dekkers en Gerda Brillenburg Wurth, het kind ter wereld te brengen. Emile Kool wordt op 6 januari 1944 geboren.
Praktijkbord Dr. Lashley met openingstijden
Annigje de Mars met Emile Kool in de tuin
Annigje de Mars met baby Emile in de tuin achter haar huis.
Een van de twee zolders schuin boven het orgel in de Breepleinkerk in Rotterdam-Zuid waar de zeven hoofdpersonen van dit grimmige sprookje tijdens de Tweede Wereldoorlog jarenlang moesten verblijven.